Motorola PMR446 Betriebsanleitung Seite 54

  • Herunterladen
  • Zu meinen Handbüchern hinzufügen
  • Drucken
  • Seite
    / 124
  • Inhaltsverzeichnis
  • FEHLERBEHEBUNG
  • LESEZEICHEN
  • Bewertet. / 5. Basierend auf Kundenbewertungen
Seitenansicht 53
Nederlands
4
ZENDEN EN ONTVANGEN
Uw portofoon heeft 8 kanalen en 38 ruisbegrenzingscodes. Als u
de portofoons in een groep wilt gebruiken, moeten alle portofoons
op hetzelfde kanaal en dezelfde code staan. Als u ruis of storing
ondervindt en een ander kanaal wilt kiezen, zorg dan ook dat het
kanaal en de code op alle andere portofoons worden gewijzigd.
Spreken met andere portofoongebruikers:
1. Houd de portofoon op 5 tot 7 centimeter van de mond.
2. Houd de zendtoets (PTT) ingedrukt en spreek in de microfoon.
Tijdens het zenden wordt weergegeven.
3. Laat de zendtoets (PTT) los als u klaar bent. U kunt nu
inkomende oproepen ontvangen. Tijdens het ontvangen wordt
weergegeven
Zendbereik
Uw portofoon is ontworpen voor optimale prestaties en verbeterd
zendbereik buitenshuis. U wordt aanbevolen de portofoons
minimaal op 1,5 meter afstand van elkaar te gebruiken om ruis te
vermijden.
Het zendbereik is afhankelijk van de omgeving. Hoge gebouwen,
dichte bebossing en gebruik binnenshuis of in voertuigen, heeft
een negatieve invloed op het zendbereik.
In vlakke, open gebieden bereikt u het beste resultaat, met een
zendbereik van maximaal 8 kilometer. In een omgeving met
gebouwen en bomen bereikt u een gemiddeld resultaat. In
omgevingen met dichte bebossing en bergen worden de minste
communicatieresultaten bereikt.
Kanalen uitluisteren
Het behoort tot de goede gedragsregels voor portofoongebruik om
een kanaal eerst uit te luisteren alvorens te gaan zenden, om te
controleren dat u geen andere gebruikers op dat kanaal
onderbreekt.
1. Druk kort op MON en laat de toets weer los om een korte
controle uit te voeren. knippert in het display. Als u statische
ruis hoort, is het kanaal vrij voor gebruik. De sterkte van het
binnenkomend signaal kan worden beïnvloed als er zich
obstakels in het pad van het signaal bevinden.
2. Houd MON 2 seconden ingedrukt om constant kanalen uit te
luisteren. blijft knipperen in het display. U hoort zowel
statische ruis als eventuele signalen.
3. Druk op MON om de uitluisterfunctie uit te schakelen.
verdwijnt nu van het display.
Radiokanaal kiezen
1. Drup op CH/SCAN. Het kanaalnummer begint te knipperen.
2. Gebruik de zijknop VOL/CH (+) of (-) om een hoger of lager
kanaalnummer te kiezen.
3. Druk op CH/SCAN om het kanaal in te stellen.
Ruisbegrenzingscode
De ruisbegrenzingscodes geven u een keuze uit codecombinaties
om ruis en storing tot het minimum te beperken. Voor ieder kanaal
kan een andere code worden gespecificeerd. Voor ieder kanaal
1-8 kan een van de codes 00-38 worden geselecteerd. Code 00
geeft aan dat er geen code is geselecteerd en uw portofoon
signalen kan ontvangen ongeacht van de codeinstelling op de
verzendende portofoon.
Opmerking:
Portofoons met verschillende ruisbegrenzingscodes
kunnen niet met elkaar communiceren.
1. Drup op SEL/ . Het codenummer begint te knipperen.
2. Gebruik de zijknop VOL/CH (+) of (-) om een hoger of lager
codenummer te kiezen.
3. Druk vier keer op SEL/ om de nieuwe code te bevestigen.
Optimaal bereik
buitenshuis
Middelmatig bereik
buitenshuis
Minimaal bereik
buitenshuis
Vlakke, open
gebieden
Gebouwen of
bomen. Ook in de
buurt van
woonhuizen.
Dichte bebossing of
bergen. Ook in
sommige
gebouwen.
Seitenansicht 53
1 2 ... 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 ... 123 124

Kommentare zu diesen Handbüchern

Keine Kommentare